Waarom ik van de Priesterbroederschap hou!

Bron: District België - Nederland

Beste gelovigen en vrienden, 

Het verlies van onze dierbare Mgr. Tissier de Mallerais heeft een onmiskenbare leegte achtergelaten: in het seminarie te Ecône, zijn laatste woonplaats, maar vooral in heel onze Priesterbroederschap Sint-Pius X. Hij was één van de initiatiefnemers, één van de eerste seminaristen die zich, op het einde van de jaren zestig, tot Mgr. Lefebvre wendde en hem met aandrang vroeg iets te doen voor hen en voor het katholiek priesterschap. We hebben het mede aan hem te danken dat Mgr. Lefebvre het besluit nam een priestercongregatie op te richten.

Voortdurend aan de zijde van onze vereerde stichter, trad hij met kinderlijke toewijding in diens voetsporen en schreef, zoals we allemaal weten, een volledige biografie die ongetwijfeld het belangrijkste referentiewerk zal blijven over Mgr. Marcel Lefebvre en zijn werk.

Wij wensen hem hier rechtsreeks aan het woord te laten, door een fragment weer te geven van een preek van hem in Ecône. Want na enkele jaren in het Sint-Pius X-seminarie verhuisde hij naar de priorij in Chicago.

In deze homilie verwoordt hij, als een soort geestelijk testament, zijn sterke verbondenheid met het werk en de geest van de Priesterbroederschap Sint-Pius X. Het zijn dezelfde redenen die vandaag nog gelden om trouw te blijven aan deze Broederschap, aan haar doctrinaire positie en aan haar geestelijk erfgoed, om door haar trouw te blijven aan de Kerk, aan het geloof dat zij doorgeeft en aan de middelen tot heiligheid die zij niet ophoudt te verlenen.

Don Gabriele D'Avino, Districtsoverste [van Italië] 

Beste gelovigen, waarom houd ik van de Priesterbroederschap Sint-Pius X? Waarom houd ik van haar?

Allereerst houd ik van haar, omdat zij werd goedgekeurd door de Kerk, op 1 november 1970, door Mgr. Charrière, bisschop van Fribourg, als een genootschap van gemeenschappelijk leven zonder geloften. Goedgekeurd door de Kerk en ten onrechte onderdrukt, ongeldig onderdrukt. Zij bestaat nog steeds canoniek, deze Priesterbroederschap St.-Pius X, wat anderen ook mogen zeggen. Ik houd van haar, omdat ze werd goedgekeurd door de Kerk.

Mgr. Lefebvre, haar oprichter, zei ons: “Ik zou nooit iets gedaan hebben zonder de toestemming van een plaatselijke bisschop. Hij kreeg de toestemming van de bisschop van Fribourg, in Zwitserland. Waarom wel in Zwitserland? Als beloning voor de vrijgevigheid van Zwitserse katholieken voor de missie in Dakar.  Zo simpel is het. Omdat de vrijgevigheid van de Zwitserse katholieken het mogelijk had gemaakt om de missie en de kerk in Fatick in Senegal te betalen, en om hun bisschop te bedanken, in het bijzonder Mgr. Charrière van Fribourg, nodigde Mgr. Lefebvre hem uit om de kerk in Fatick plechtig te consacreren.

Sindsdien zijn Charrière en Lefebvre vrienden gebleven. Zozeer zelfs dat toen Mgr. Lefebvre zich in 1969 aanbood aan de bisschop van Fribourg, hij met open armen werd ontvangen. De bisschop stond hem toe om zijn wijngaard, zijn seminarie, in Fribourg te planten en zijn Priesterbroederschap in Zwitserland te vestigen. Dit is de beloning voor de vrijgevigheid van de Zwitserse katholieken. Dat is de Voorzienigheid. Daarom houd ik van de Broederschap: het is een beloning van de goede God. 

Ten tweede houd ik van haar omdat zij heel soepel is. Een eenvoudige verbintenis volstaat, men is geen gevangene, men voelt zich thuis in de Priesterbroederschap.

Bovendien, omdat deze Broederschap het gemeenschapsleven van de geestelijken ontwikkelt, priesters leven in gemeenschap. Dit was niet de gewoonte binnen de Kerk, het is nochtans haar beste traditie: dat priesters een gemeenschapsleven moeten leiden, zoals wij het doen; dat wil zeggen gemeenschappelijk leven aan tafel, en zo men kan zeggen in de slaapzaal, maar vooral van gebed en apostolaat. Gezamenlijk drie getijden van het brevier en het rozenhoedje dagelijks bidden, samen het apostolaat uitoefenen, samen dit organiseren. Voor meer heiligheid en efficiëntie. Het briljante idee van Mgr. Lefebvre: een sociëteit van gemeenschapsleven zonder geloften.

Ik houd van de Broederschap, omdat ze het religieuze leven om zich heen heeft aangetrokken: onze Oblaten, de Zusters van de Priesterbroederschap, onze Broeders en een groot aantal andere gemeenschappen, religieuze congregaties, die zich als het ware in de schaduw van de Priesterbroederschap Sint-Pius X hebben ontwikkeld. Daarom houd ik van de Priesterbroederschap: omdat ze van het religieuze leven houdt.

Ik houd van de Priesterbroederschap omdat ze priesterlijk is: dat is het essentiële, dat is haar definitie. Immers, de crisis in de Kerk is simpelweg een crisis van de priesterlijke identiteit, waarin de priesters uit het oog verloren zijn waarom zij er zijn. Bijgevolg hebben zij eerst de soutane aan de kant geschoven, als een brandnetel, vervolgens het Latijn, alles hebben ze aan de kant geschoven, en ten slotte hun hart, zij hebben het geloof aan de kant geschoven. Maar Mgr. Lefebvre zei nee: het priesterschap moet behouden blijven in zijn zuiverheid van leer en zijn missionaire naastenliefde. De Priesterbroederschap Sint-Pius X is bijgevolg priesterlijk, toegewijd aan het opdragen van het H. Misoffer, de praktische belijdenis van het sociale koningschap van Onze Heer Jezus Christus: omdat Jezus regeert, regeert door het hout van zijn Kruis, en dus door de Heilige Mis, die de sacramentele voortzetting is van het offer van Calvarie. Daarom houd ik van de Priesterbroederschap Sint-Pius X: omdat ze echt priesterlijk is.

Ik houd van de Priesterbroederschap Sint-Pius X omdat de patroonheilige Pius X is, de laatste paus die heilig werd verklaard, die al zijn zorg besteedde aan zijn priesters, aan de priesters van de katholieke Kerk, door middel van zijn exhortatie Haerent animo, dat een prachtige samenvatting is van de priesterlijke geest. Sint Pius X veroordeelde het modernisme en kondigde aan dat de strijd nog niet voorbij was aangezien deze ketterij zich in de schoot en in de aderen van de katholieke Kerk bevond, het zou niet mogelijk zijn haar in één dag uit te roeien, het modernisme. Sint Pius X bracht bovendien orde in de Kerk en daar ontbreekt het de Kerk vandaag aan. Daarom houd ik van de Priesterbroederschap Sint Pius X. 

Ik houd van de Priesterbroederschap Sint-Pius X omdat haar stichter, Mgr Lefebvre, ons een regelement, statuten en constituties heeft gegeven, zeer wijze regels, die Rome heeft goedgekeurd en zelfs heeft geprezen (“sapientes normae”), in een brief van kardinaal Wright, prefect van de Congregatie voor de Clerus, in 1971: een lofzang over de constituties van de Priesterbroederschap. Deze constituties passen op twintig pagina’s; twintig pagina’s als een samenvatting van priesterspiritualiteit, dat alles omvat. We leven daar nog steeds naar, zonder iets te veranderen. Het werkt! En hij heeft dit, Mgr. Lefebvre, in één keer opgeschreven in Rome. Is dat niet geweldig?

Ik houd van de Priesterbroederschap omdat ze het ideaal van de priesterlijke vorming heeft gevonden in haar traditionele seminaries. Ziedaar. Zoals men het altijd heeft gedaan in seminaries: dat wil zeggen, de leer en de vroomheid combineren - vroomheid stevig gebaseerd op de leer - en het leiden van een liturgisch leven, met een grote liefde voor mooie en plechtige liturgische ceremonieën. Zie, daarom houd ik van de Priesterbroederschap Sint-Pius X. 

Ik houd ook van haar, mijn Broederschap, beste gelovigen, omdat Mgr. Lefebvre een jaar van spiritualiteit in het seminarie heeft ingevoerd, als een noviciaat, om deze jonge mannen een geestelijk leven te geven: om hen de principes uit te leggen en hen deze principes van het katholieke geestelijk leven te laten naleven. De principes van de Kerk. Niet de principes van Lefebvre, nee. De principes van de Kerk en van Onze Heer Jezus Christus.

Ik houd ook van de Priesterbroederschap Sint-Pius X omdat Mgr. Lefebvre wilde dat er een speciale cursus werd gegeven - naast Sint Thomas van Aquino in zijn Summa, natuurlijk - maar een speciale cursus over de Handelingen van het leergezag van de Kerk, waarin de encyclieken van al deze grote pausen werden onderwezen die, vanaf de negentiende eeuw tot aan de vooravond van het Concilie, de leer van de Kerk doorgaven over de moderne dwalingen zoals het liberalisme, het modernisme en het socialisme. En vanaf dan kregen de seminaristen ieder jaar dit onderricht uit de encyclieken van de pausen, ware opvolgers van Petrus. 

Ik houd ook van de Broederschap omdat de goddelijke Voorzienigheid de Eerwaarde Pater Barrielle met de retraite van Sint Ignatius naar Ecône bracht. En sindsdien houden we van Sint Ignatius en zijn we in staat om te doen wat vroeger enkel de Jezuïeten, specialisten, konden doen. We kunnen de oefeningen van Sint Ignatius prediken: is dat niet buitengewoon, beste gelovigen? En jullie zijn bij deze allemaal uitgenodigd om vaak naar de retraitehuizen te gaan waar deze geestelijke oefeningen van Sint Ignatius worden gepredikt. Deze oefeningen zijn een wonder, niet alleen om zondaars te bekeren, maar ook om heiligen te maken: ga naar de oefeningen van Sint Ignatius, schrijf je in Enney of in Frankrijk!  [Of in Antwerpen!]

Ten slotte houd ik van de Broederschap, beste gelovigen, omdat zij de strijd om het geloof is aangegaan. Zij heeft niet geaarzeld, zij was niet bang om zich gedurfd in de strijd te mengen, op straffe van onrechtvaardige en onzinnige veroordelingen, in de strijd van het geloof waartoe de apostel Paulus ons aanspoort. Deze strijd woedt nog steeds. Godzijdank. Dus ondanks haarzelf - want zij is niet opgericht om te strijden, zij is opgericht om het priesterschap door te geven - ondanks haarzelf, maar gewillig, is de Priesterbroederschap een strijdster geworden. Ik houd van de Priesterbroederschap omdat ze een strijdster is, omdat ze oorlog voert voor Christus Koning, en dat is geen kleinigheid!

Ik houd van de Priesterbroederschap, om het zo te zeggen, om zo samen te vatten, omdat ze het laatste bastion is dat overblijft om weerstand te bieden, om stand te houden, om nee te zeggen tegen de conciliaire en post-conciliaire apostasie. Het is het laatste kostbare bastion en daarom is het onze eerste plicht haar te beschermen tegen alle modernistische besmettingen. Onze eerste plicht is dit bastion te beschermen voor de toekomst, voor de Kerk.” 

(Sources : District d'Italie/Maison générale - FSSPX.Actualités)