Oktober - dag 27: De rozenkrans – Inwendig gebed
Onze-Heer Hemelvaart
De rozenkrans, als het ware een meditatieboek zijnde, kan men op deze oefening van godsvrucht toepassen hetgeen de H. Franciscus van Sales in het algemeen zegt over het inwendig gebed of overweging.
Voornamelijk, zo spreekt hij, raad ik u het gebed van de geest en van het hart aan, en vooral dat, hetwelk zich met het leven en het lijden van onze Heer bezig houdt (hetgeen in de overdenking van de 15 geheimen van de rozenkrans plaats heeft), want door Hem in de overweging te beschouwen zal geheel uw ziel van Hem vervuld worden, en gij zult uw in- en uitwendig gedrag naar dat van Hem regelen. Hij is het licht van de wereld, wij moeten dus door Hem, in Hem en voor Hem verlicht worden. Gij weet het, de kleine kinderen hun moeder gedurig horen spreken en trachten met haar te keuvelen, leren dezelfde taal. Eveneens, ons aan de Verlosser in de overweging van de geheimen van de rozenkrans hechtende, en op zijn woorden, daden, gevoelens en neigingen acht gevend, zullen wij, door zijn genade evenals Hij leren spreken, handelen, oordelen en beminnen, hetgeen Hij bemind heeft.
Ziedaar het inwendig gebed, dat geschikt is tot het bidden van de rozenkrans, en dat, volgens het inzicht van de H. Kerk, daarmee gepaard moet gaan; en hoe voordelig moet deze overdenking voor ons niet wezen, omdat wij niet tot God kunnen gaan dan door die deur, welke Jezus Christus is, zoals Hij ons zelf gezegd heeft! Ons gezicht kan op geen spiegel terug kaatsen, tenzij de ene zijde met een laag lood of tin belegd is, insgelijks zouden wij nooit in dit leven de godheid goed hebben kunnen beschouwen, zo zij zich niet met onze mensheid had verenigd in Jezus Christus, wiens leven, lijden en dood voor onze overdenkingen het meest aan onze onkunde geëvenredigd, het zoetste voor ons hart en het beste voorwerp tot de regeling van onze zeden zijn.
De Zaligmaker noemt zich om verschillende redenen het brood, dat uit de hemel gedaald is, maar onder andere om deze: Evenals men het brood met alle soorten van vleesspijzen eet, moeten wij de geest van Jezus Christus in de overdenking van de geheimen van de rozenkrans zodanig ons eigen maken, dat wij daarmee gevoed zijn, die geheel in onze daden doen doorschijnen. Maar, om er zich wezenlijk mee te voeden, moet men beoefenen hetgeen de H. Ignatius de oefening van de drie machten van de ziel noemt: dat is, dat wij om ieder geheim van de rozenkrans te overdenken, het geheugen, de rede en de wil moeten oefenen: het geheugen, door ons het geheim, dat ij moeten overdenken, voor ogen te stellen; de rede, door de beweegredenen, die het meest kunnen toebrengen om onze wil, aan te zetten, op te sporen; en eindelijk de wil, door de deugden te beoefenen, hetwelk de vrucht van de overdenking van het geheim is.
Dit laatste punt is het voornaamste van allen en dat, waarbij wij ons moeten ophouden, omdat dit het doel van de overdenking is, en omdat de vrucht, die uit al de overwegingen van het verstand moet voortkomen, de wil moet bewegen tot de beoefening van het goed en het vluchten van het kwaad.
Deze wijze van overwegen is zeer eenvoudig en onder het bereik van eenieder. Door middel van deze oefening van de drie vermogens van de ziel, stellen wij ons het onderwerp van het geheim, dat wij moeten overdenken, voor, en halen wij ons de omstandigheden van de daad voor de geest, alsof zij onder onze ogen gebeurd; wij denken over de bijzonderheden, die ons beweegredenen zullen inboezemen, geschikt om gevoelens op te wekken, die met de daad, welke wij ons in dit geheim voorstellen, overeenstemmen, en wij geven ons aan die gevoelens over, vast besloten, de deugd die er uit voortvloeit te beoefenen.
Maar het is klaarblijkelijk dat de wil slechts een blind werktuig is, dat uit zichzelf niets kan verrichten, indien de rede haar niet leidt; de wil moet door de rede verlicht worden, om te weten, wat zij moet beminnen of haten; want wij beminnen slechts iets, omdat wij het goed en onze liefde waardig achten. Het is dus duidelijk, dat de werking van de rede de grondslag is van de overige handelingen, welke wij in het gebed beoefenen, en daarom noemt men haar dikwijls eenvoudig, meditatie.
Hetgeen de H. Schrift over het overdenken van Gods wet zegt, kan zeer natuurlijk op de overweging van de geheimen van de rozenkrans worden toegepast. Gelukkig, zegt de koninklijke profeet, gelukkig de mens, die dag en nacht de wet des Heren overweegt! Hij zal zijn als een boom, die langs een water geplant is en die zijn vrucht ter geschikter tijd zal dragen. – Gelukkig, zegt hij elders, zij, die zijn beloften overwegen, het is een bewijs, dat zij hem met geheel hun hart zoeken. – schenk mij het verstand, in de overweging van de geheimen van de rozenkrans en ik zal uw wet grondig overwegen, en haar uit geheel mijn hart onderhouden. – Op een andere plaats zegt hij: Indien uw wet het gewoon onderwerp van mijn overweging niet was geweest, zou ik misschien in mijn nietigheid gebleven en er in omgekomen zijn, dat is te zeggen, zoals de H. Hiëronymus het uitlegt, zou ik in de smarten en ellende die mij omgeven, gebleven zijn. Hetgeen ons een te grote achting tot de overweging van de geheimen van de rozenkrans in het algemeen en in het bijzonder geven moet, is dat de heiligen zeggen, dat zij alle deugden en goede werken bevordert.
Om haar echter door het tegenstrijdige beter te leren kennen, moet men weten, dat het gebrek aan overweging een van de voornaamste oorzaken is van al de rampen die in de wereld gebeuren, volgens deze woorden van Jeremias: De gehele aarde is door een algemene verwoesting geteisterd omdat er niemand is, die iets in zijn hart overweegt. Weet gij waarom de aarde, wat het geestelijke betreft, zo verwoest is? Omdat bijna niemand in zichzelf treedt en in zijn geest de verheven geheimen van de godsdienst en de oneindige goedheid Gods in zijn geest overweegt. Zou deze wanorde met het bidden van de rozenkrans, in de geest van de Kerk gedaan, dat is: door vurig de vijftien geheimen waaruit hij is samengesteld en die de grondslag van de christelijke godsdienst en zedeleer zijn, met aandoening te overwegen, niet ophouden? Inderdaad, wie zou durven zondigen, indien hij inwendig en in de geest van geloof en liefde overwoog, dat God door de zonde is gestorven en dat de zonde een zo groot kwaad is, dat God moest mens worden, om door zijn dood, voor de zonde aan de strenge rechtvaardigheid van de eeuwige Vader geheel te voldoen.
Er bestaat geen twijfel, dat indien wij behoorlijk de geheimen van de rozenkrans overwegen, zulks ons tot een machtige borstwering tegen de zonde zou dienen; daarom tracht de duivel, die het nut van een goed verrichte overweging kent, ons door alle mogelijke middelen daarvan af te keren. Hij maakt dat wij ons niet van de ogen van het geloof bedienen en dat wij geloven, alsof wij niet geloofden, dat is: zonder met hart en ziel te geloven, met een levendig en beoefend geloof; opdat ziende, wij niet zien en horende niet horen en begrijpen; door gebrek aan overweging van hetgeen wij geloven.
Voornemen
Laat ons het besluit nemen in onszelf te treden en zoveel wij kunnen de geheimen van de rozenkrans te overwegen, als wij die bidden: wij kunnen ons lichtelijk door eigen ondervinding overtuigen, dat de enige wijze om de rozenkrans met vrucht tot Gods eer en tot de zaligheid van onze zielen te bidden is, de geheimen wel te overwegen om er ons hart en onze geest van te doordringen. Laat ons met de apostel zeggen: Ik zal in de geest en in mijn hart bidden, ik zal de lofzangen Gods in de geest en in mijn hart zingen.
Gebed
Heilige Maagd, volmaakt toonbeeld van de christenen, het Evangelie zegt van u, dat gij de woorden van uw goddelijke Zoon in uw hart bewaard en overwoog; wij zijn kinderen, die niets van de overdenking kennen, leert gij ons dan, o goede Moeder, de geheimen van de rozenkrans overwegen, opdat deze godsvruchtige oefening ons in de ogen van God aangenaam maken, door van ons mensen van overdenking te maken.