Ten geleide
Katholieke Catechismus over de kerkelijke crisis
Ten geleide
“Dit nu is het eeuwige leven,
dat zij U kennen, de enig waarachtige God,
en Hem, die Gij hebt gezonden, Jezus Christus.”
(Jh. 17, 3)
Iedere keer, wanneer de waarheid in de stormen van de tijd op een bijzondere manier in het gedrang geraakte, grepen theologen, daartoe aangezet door de Heilige Geest, naar de pen en schreven verhandelingen tot haar verdediging. Want de dwaalleer tast altijd als een kankergezwel het Lichaam van Christus aan, verzwakt en vervalst het geloof, zet zielen op een dwaalspoor en brengt hun eeuwig heil in gevaar. De mens kan slechts door de waarheid, de christen door het geloof leven (vgl. Rom. 1, 17), nooit door dwaling en nooit door leugen.
Wat lag er dan in onze tijd van modernisme, van dubbelzinnigheden en liberale drogredenen meer voor de hand, dan een catechismus te schrijven over de om zich heen grijpende kerkcrisis, die op de eerste plaats een crisis van filosofie en theologie is, een crisis van geloofsonderricht en geloofsbeleving? Hieruit resulteert dan de crisis van de moraal, van het hele kerkelijke leven (liturgie, priesterlijk en kloosterleven, roepingen, eucharistische en mariale vroomheid, e.d.), van discipline, de ineenstorting van de bisdommen en parochies. Tot de dienst van de waarheid hoort nu eenmaal de vaak ondankbare taak om de fouten en om de bedriegers met naam en toenaam aan te wijzen. Alleen op deze manier kan de Kerk saneren, alleen op deze manier ontkomen de gelovigen aan de verwarring en de besmettelijke, om zich heen grijpende dwaallerende geest. God heeft Zijn priesterschap immers ingesteld om “uit te roeien en af te breken, om te vernielen en te verwoesten, om op te bouwen en te planten”. (Jer. 1, 10)
Men leze onbevooroordeeld de nuchtere observatie van de stand van zaken in dit boek over de nieuwe liturgie, over het oecumenisme en de geloofsvrijheid, over de schuldvraag van de kant van pausen en bisschoppen tijdens en na het Tweede Vaticaans Concilie en men zal de redelijkheid van de gegronde vragen en antwoorden moeten inzien. Hier worden geen privé-meningen voorgeschoteld of koene theorieën ontworpen. Hier worden de vernieuwingen in het licht van de overgeleverde leer van de Kerk onderzocht. Moge daarom de “Katholieke Catechismus bij de kerkelijke crisis” in een grote lezerskring worden begroet en krachtig bijdragen tot de overwinning over deze crisis. Zijn auteur verdient dank voor deze dienst aan de waarheid, aan de zielen, aan de heilige roomse en katholieke Kerk.
“Zo gij in Mijn woord volhardt, zijt gij waarlijk Mijn leerlingen, dan zult gij de waarheid kennen en de waarheid zal u bevrijden.” (Jh. 8, 31 e.v.) Zijn woord is eeuwig geldig, want het is goddelijk.
Jaidhof, Sacramentsdag, 29 mei 1997
P. Franz Schmidberger
Eerste Assistent van de Priesterbroederschap St. Pius X
(Ter gelegenheid van het verschijnen van de eerste druk van de Duitse uitgave)